Over cultuurplanten

44. Johannesbroodboom en judasboom

Het leuke van op vakantie gaan is natuurlijk dat je ergens heen gaat waar dingen anders zijn dan thuis. En voor iemand die in planten geïnteresseerd is, betekent dat ook (of misschien vooral) andere bloemetjes dan thuis. Soms zie je dan planten die heel anders zijn dan onze vertrouwde Nederlandse flora. En als daar dan ook nog allerlei verhalen aan vast zitten, is de verleiding groot om er een artikel over te schrijven. Ik doe dat bij voorkeur over planten in de eigen omgeving, mar deze keer hebben de exoten dus gewonnen. Volgende keer is het weer 'eigen planten eerst'.

Vlinderbloemige bomen

Wij hebben in Nederland natuurlijk zeer veel vlinderbloemigen. Het is niet voor niets een van de grootste families ter wereld: alleen de composieten en de orchideeën tellen meer soorten. Met de laatste soort zijn wij slecht bedeeld, vind ik, maar de twee anderen hebben we in maten en soorten.

Van de vlinderbloemigen hebben we eenjarige en vaste planten, kruidachtige en houtige, maar eigenlijk heel verrassend geen bomen. Tenminste als ik de robinia of witte acacia (Robinia pseudo-acacia) nog tot de exoten mag rekenen. In de tropen en in het Middellandse zeegebied zijn vlinderbloemige bomen niet zeldzaam. Toch was ik verrast toen ik eens in Portugal langs een tuin liep met een kleine boomgaard met laagstambomen waaraan kromme 'tuinbonen' groeiden. Het waren natuurlijk geen tuinbonen, het bleken johannesbroodbomen (Ceratonia siliqua) te zijn. Ik kende johannesbroodbomen wel uit de boeken, maar om onduidelijke redenen had ik die in het Midden-Oosten en Afrika geplaatst. Ook in Portugal dus en eigenlijk is het in het hele Middellandse zeegebied een heel oud cultuurgewas vanwege de eetbare bonen. Of moet ik zeggen 'eetbare erwten'? Botanisch is het verschil tussen erwten en bonen me niet zo duidelijk.

44.joannesbroodoom (158K) Johannesbroodboom met peulen op de stam

Cauliflorie

De directe aanleiding om me in de johannesbroodboom te verdiepen, staat op bijgaande foto. De peulen groeien hier gewoon direct op de boomstam! Dit verschijnsel heet cauliflorie, een woord dat in het Engels (cauliflower) bloemkool betekent, en ook in het Latijn letterlijk die betekenis heeft. Bij bloemkool en nog duidelijker bij broccoli, staan een zeer groot aantal bloemknoppen bij elkaar op één stam. Hetzelfde zie je bij cauliflorie waar vóór de peulen natuurlijk eerst de bloemen op de stam groeien. Bij bomen is het natuurlijk een heel ander fenomeen dan bij bloemkool, maar het resultaat is hetzelfde: bloemen op de stam.

Cauliflorie komt vooral voor bij tropische bomen in het regenwoud. De reden is niet helemaal duidelijk. Men denkt dat het te maken heeft met het feit dat er in het regenwoud veel meer bestuivers zijn dan alleen insecten: vogels, vleermuizen, kleine zoogdieren en die kunnen waarschijnlijk moeilijk bij bloemen komen die op dunne twijgjes groeien. Ik vond een site met heel veel foto's van cauliflorie bloemen en vruchten en het viel mij op dat er erg veel hele zware vruchten bij waren, sommige meer dan 10 kg! Dan lijkt het mij wel een goed idee om zo'n vrucht aan de stam te hangen en niet aan een twijgje. De johannesbroodboom zou zijn bonen gewoon aan een twijgje kunnen hangen, zo zwaar zijn ze niet. En dat gebeurt ook: ze hangen niet allemaal aan de stam of een dikke tak.

De judasboom (Cercis siliquastrum) is toevallig ook een vlinderbloemige. Hij heeft ook heel gewone peultjes, maar ook deze boom doet aan cauliflorie. Bovendien heeft deze boom prachtige trossen rozerode vlinderbloemen die de boom bijna helemaal bedekken. De johannesbroodboom bloeit met een vrij ijle kegel gelige of bruinige bloemen die helemaal niet op onze vlinderbloemen lijken. De bloei van de johannesbroodboom valt vooral in het najaar en soms in het voorjaar, vandaar dat ik steeds alleen maar peulen vond en geen bloemen. De judasboom doet het keurig in het voorjaar als ik op vakantie ben: een lust voor het oog. Cauliflorie is overigens niet iets wat vooral bij vlinderbloemige bomen voorkomt; toevallig zijn de twee bomen waarbij ik het zag, uit die familie.

44.judasboom2 (129K) Judasboom met bloemen op de stam

Nuttige johannesbroodboom

Zoals gezegd is de johannesbroodboom een oud cultuurgewas. Het belangrijkste gebruik tegenwoordig is waarschijnlijk in veevoeder, vooral ezels en paarden schijnen dol te zijn op de peulen. Bij ons zitten de gebroken bonen vaak in konijnenvoer. Maar de bonen kunnen ook door mensen gegeten worden en de oude Egyptenaren deden dit al. Bovendien zijn de peulen van de johannesbroodboom vele eeuwen een bron van suiker geweest voordat suikerriet die functie overnam. Vooral de schil van de peul schijnt zoet zijn en in het Midden-Oosten is het kauwen op de schil nog steeds niet ongewoon. Bij de oude Egyptenaren kwam in de hiëroglief voor 'zoet' de johannesbroodboom voor.

Behalve in veevoer worden de peulen tegenwoordig ook gebruikt om koekjes te zoeten en als een vervanger van chocolade. Waarschijnlijk is het goedkoper dan echte chocolade, maar als voornaamste reden wordt genoemd dat het geen cafeïne en vetten bevat. Ook kan er een verdikkingsmiddel uit gemaakt worden dat vooral nuttig schijnt te zijn om diarree bij baby's te stoppen of te voorkomen. In ieder geval is het in de EU toegestaan om de gemalen bonen, ook wel johannesbroodpitmeel genoemd, als additief in voedsel te gebruiken. Als er E410 op de verpakking staat zit er dus iets van de johannesbroodboom in.

44.Johannesbroodboom bl (152K) Bloei van de johannesbroodboom op de stam

En zoals uit alles waar suiker en zetmeel in zit, kun je er ook alcohol uit maken. En dat doen de Portugezen die er een gedestilleerd van maken. Tenslotte gaat het gerucht dat in het geheime coca cola recept ook iets van de johannesbroodboom zou zitten.

Een nuttige toepassing van de judasboom ben ik niet tegengekomen, behalve dan zijn sierwaarde natuurlijk. Of hij echt winterhard is weet ik niet, maar hij wordt in ons land wel aangeboden als sierboom. En eigenlijk heb ik hem ook vooral wegens de fraaie bloemen meegenomen in dit artikel.

Johannesbroodboom en goud

Een leuk verhaal gaat over de johannesbroodboom en goud. Het woord karaat zou verwant zijn aan het Oudgriekse keration wat zoiets als vruchten van de johannesbroodboom betekent. Karaat is gewichtseenheid waarin men vroeger en nu goud weegt. Vroeger was 1 karaat dus één boontje van de johannesbroodboom (zo tussen 189 en 192 milligram) en tegenwoordig is 1 karaat precies 0,2 gram. De reden zou zijn dat de boontjes van de johannesbroodboom zeer weinig in gewicht variëren en dus een betrouwbare eenheid zouden zijn om goud nauwkeurig te wegen. Modern onderzoek zegt dat de variatie in gewicht bij deze boontjes niet veel anders is dan bij de zaden van 63 andere bomen. Maar uit datzelfde onderzoek bleek dat het bij de johannesbroodboom om onduidelijke redenen gemakkelijker is om op het oog een set zaden te verzamelen die onderling weinig in gewicht verschillen. Maar volgens mij lost dit het weegprobleem niet op.

Een gouden ring van bijv. 20 karaat weegt dus 4 gram, maar kan gemaakt zijn 18 karaats goud. De reden is dat als men zegt '18 karaats goud', bedoeld wordt dat het metaal 18/24=75% goud bevat en verder 25% van een ander metaal, meestal zilver of koper. Dus 100% goud is altijd 24 karaats! De achtergrond hiervan is de Romeinse munt solidus: die was van zuiver goud en woog 24 karaat.

44.judasboom1 (212K) Judasboom in volle bloei

Johannesbroodboom, judasboom en de bijbel

De namen johannesbroodboom en judasboom verwijzen natuurlijk naar de bijbel. De bomen komen inderdaad voor in het Midden-Oosten en waarschijnlijk komen ze ook oorspronkelijk uit die omgeving. Hierover zijn de geleerden het eens, maar verder zijn er weer veel meningen zoals bijna altijd bij zaken die met de bijbel te maken hebben. Eerst de johannesbroodboom. De naam verwijst naar Joannes de Doper die een tijdlang in de woestijn verbleef om te vasten en te bidden. Ik citeer Mattheüs 3: 4 'Hij nu, Johannes, droeg een kleed van kamelenhaar en een lederen gordel om zijn lendenen; en zijn voedsel bestond uit sprinkhanen en wilden honing.' Nee, zeggen sommigen, Johannes at geen sprinkhanen maar de (honingzoete) peulen en bonen van de johannesbroodboom. Het misverstand zou ontstaan zijn door een foute vertaling naar het Grieks doordat twee woorden in het Grieks en/of Aramees met die betekenissen veel op elkaar leken. De Engelsen hebben geprobeerd het probleem op te lossen door de johannesbroodboom 'locust tree' (sprinkhaanboom) te noemen. Maar nu zitten ze met een nieuw probleem: deze boom is een van de weinigen die de sprinkhanen nièt lusten.

Minder problemen zijn er met de verloren zoon: Lucas 15: 16 'En hij begeerde zijn buik te vullen met de schillen die de varkens aten, doch niemand gaf ze hem'. Er is weinig twijfel dat de schillen uit Jezus' parabel van de verloren zoon, peulen waren van de johannesbroodboom.

Dan de judasboom: deze is genoemd naar Judas Iskariot, de verrader van Jezus. Hij zou zich na zijn verraad opgehangen hebben aan deze boom. Uit schaamte blozen daarom de voorheen witte bloemen, volgens de legende. Citaat Mattheüs 27: 5 'En als hij de zilveren penningen in den tempel geworpen had, vertrok hij, en heengaande verworgde zich zelven.' Maar wat zegt Handelingen 1: 18 'Deze (= Judas) dan heeft verworven een akker, door het loon der ongerechtigheid, en voorwaarts overgevallen zijnde, is midden opgebarsten, en al zijn ingewanden zijn uitgestort.' Duidelijk is dat Judas op een onprettige wijze aan zijn einde is gekomen, maar of dat door ophangen is of door een andere vorm van zelfmoord, is niet zeker. En er is al helemaal geen sprake van een boom die op de judasboom zou kunnen wijzen.

Jan van Dingenen - 2011